Bert Natter – Leven met Lidewij (2022)
Met geduld en liefde worden resultaten bereikt
In 1950 verscheen The Child Who Never Grew, Pearl Buck’s verhaal over haar dochter Carol die verstandelijk gehandicapt was. Dat was vermoedelijk het eerste boek dat een ouder schreef over een kind met een beperking. Bert Natter volgt haar nu in Leven met Lidewij, een even liefdevol als nauwkeurig verslag van de problemen maar ook de vreugden van ouders die een kind hebben dat kind blijft.
De ontdekking van een geestelijke beperking van je kind heeft grote consequenties. Voor de ouders, maar ook voor de andere kinderen van het gezin, die moeten leren accepteren dat hun zus of broer veel extra aandacht van vader en moeder vraagt en dat ze die zelf ook veel aandacht zullen moeten geven. Bert Natter, zijn vrouw Hester en hun dochter Rozemond lukte dat – zo te lezen – goed, geholpen door Lidewij’s blije natuur. Anders kon dat zijn bij vreemden die soms negatief reageerden op de moeite die ouders van zo’n kind doen om het iets te laten doen waar het geen zin in heeft.
‘Voor een buitenstaander is het moeilijk te begrijpen dat ouders van een kind met een beperking zich moeten aanpassen aan de onmogelijkheden van het kind – dat het onrealistisch en oneerlijk is te verwachten dat een kind met een lage intelligentie in staat is zich aan te passen. Het kost tijd en tranen om erachter te komen hoe laag het niveau van je kind is en goedbedoelde, maar in feite ronduit ongevoelige raad van derden, helpt hierbij zelden. Uiteindelijk was proberen te begrijpen hoe weinig Lidewij begrijpt de enige oplossing.’
Wie Leven met Lidewij leest, begrijpt hoe dit uitgangspunt de ouders helpt bij de keuzes die zij dagelijks moeten maken in de omgang met het kind, maar dat het desondanks vaak moeilijk is te doorgronden hoe fundamenteel het gebrek aan bevattingsvermogen van het kind is, en te zorgen dat je niet toch je geduld verliest.
Aanpassen aan het kind
Maar je leest ook hoeveel voldoening het geeft als het je op die manier lukt je kind een stap verder te helpen. Een mooi voorbeeld geeft Natter als hij vertelt hoe hij het voor elkaar kreeg Lidewij zich te laten behandelen door de tandarts. Zowel bij de gewone tandarts als bij een gespecialiseerde kon men niet het geduld opbrengen het meisje in haar eigen tempo te laten wennen en te wachten tot zij bereid was haar mond open te doen. Telkens werden vader en dochter geconfronteerd met maar twee mogelijkheden: vastbinden en forceren of narcose. Maar vader Natter nam daar geen genoegen mee en zocht net zo lang tot hij een ziekenhuis vond waar men het geduld wel had om zich aan het kind aan te passen.
‘Een medewerker van de afdeling psychologie stippelde een voorbereidingstraject uit, met bezoeken aan de afdeling, de receptie, de wachtkamer, de behandelkamer, kennismaking met de tandarts, spelletjes, een boekje om thuis te oefenen, een spiegeltje waarmee we in Lidewijs mond konden kijken. Lidewij nam elke keer haar pop Sofie mee, haar brutale buikspreekpop, die rare dingen kan roepen, maar netjes haar mond opendoet als het moet. Het hele team, van de medewerkers achter de balie tot de tandarts en de assistenten, was op de hoogte van het plan en werkte mee om het een succes te maken, stuk voor stuk vriendelijke en professionele mensen.
Sindsdien geniet Lidewij van het bezoek aan de tandarts. Lidewij begon de eerste controle bij mij op schoot terwijl zij Sofie vasthield, maar tegenwoordig huppelt ze zelf naar binnen en geeft ze Sofie aan mij, ploft in de stoel en doet haar mond open. In de auto terug vraagt ze: ”Wanneer gaan we weer?”’
Waarmee na jaren een einde kwam aan een halfjaarlijks terugkerende ellende.
Natter neemt de lezer mee in weidse omzwervingen door literatuur en wetenschap op zoek naar hoe men in de loop van de tijd keek naar het geestelijk gehandicapte kind. Luther en zijn tijdgenoten meenden dat het ‘wisselkinderen’ betrof, door de duivel op aarde gedropt en niet echt mens! Maar zijn eigen ontdekkingen over die totaal andere wereld waarin Lidewij leeft zonder dat te beseffen, maken zijn boek tot een bijzonder geslaagd – en in boeiende stijl geschreven – werk.
(Deze recensie verscheen op de website van Literair Nederland, 25 jamuari 2023)