Elma Drayer - Witte schuld (2019)
Groepskenmerken houden ongelijkheid in stand
Elma Drayer, oud-redacteur van Vrij Nederland en Trouw en huidig columnist bij de Volkskrant schreef een essaybundel onder de titel Witte schuld. De ondertitel luidt ‘Over identiteitspolitiek’ maar zou net zo goed hebben kunnen luiden:’tegen identiteitspolitiek’. Want daar gaat het in elk essay over. Drayer laat met talloze voorbeelden zien hoe het racisme-debat en andere identiteitskwesties (sexuele voorkeuren, man/vrouw-relatie) eerder leiden tot hokjesgeest en afkeer van ander-soortigen dan tot begrip en acceptatie. Ze belicht deze kwesties van alle kanten en laat duidelijk weten wat haar standpunt is: die van de redelijkheid.
Wie hoort waar bij
De vraag: hoe een essaybundel te bespreken waar je als blanke (correctie: witte ) man (dus vrouwonvriendelijk) telkens geneigd bent te denken: zeer juist – goed gezien – behartigenswaardig! Te vertrouwen is een wit en mannelijk recensenten-oordeel waarschijnlijk niet. Misschien helpt een citaat uit de bundel: ‘Identiteit, schreef de (..) Britse historicus Tony Judd in 2010 is een “gevaarlijk woord” zeker in de politiek. De term verwijst immers per definitie niet alleen naar wie jij zelf bent, ook naar wie daar níet bij hoort.’
In elk essay laat Elma Drayer zien hoe slecht en zinloos het is als een groep mensen de wereld gaat onderverdelen in wij en zij (en niet behoren tot een ‘ons’). Tot welke merkwaardige taalconstructies het leidt als degenen die tot de zij-groep behoren, proberen in een goed blaadje bij de wij-groep te komen. Bijvoorbeeld door als beledigend ervaren benamingen te vervangen door andere, die vervolgens ook weer als beledigend ervaren worden omdat zij uiteindelijk – hoe je het ook draait of keert – hetzelfde benoemen. Zo werd ‘blank’ vervangen door ‘wit’ en ‘neger’ door ‘zwarte’. Want ‘blank’ had positieve connotaties en ‘neger’ negatieve. Maar, redeneert Drayer, zo’n naamsverandering werkt alleen tijdelijk en is dus zinloos: ‘De verondersteld positieve connotatie van “blank” springt over naar wit. De veronderstelde negatieve van het n-woord naar “zwart'”.
Daar is geen speld tussen te krijgen en te verwachten is dus dat ‘wit’ en ‘zwart’ als identiteitsbenaming hun langste tijd al hebben gehad. En, meldt Elma Drayer: ‘Onopgelost is ook nog de terminologie voor Nederlanders wier (voor)ouders kwamen uit landen als Marokko of Turkije. De handleiding Woorden doen er toe, in 2018 verschenen bij het Nationaal Museum van Wereldculturen (samenwerkingsverband Tropenmuseum, Afrika Museum, Rijksmuseum Volkenkunde en Wereldmuseum) opperde de intrigerende term “niet-zwarte mensen van kleur”. Die suggestie slaat voor zover ik kan overzien nog niet aan.’
Toevoeging na toevoeging
In het essay ‘Taalzuiveringen’ laat Drayer aan de hand van deze handleiding zien hoe een steeds verdere precisering en erkenning van seksuele identiteit tot onzinnige oplossingen leidt. ‘Nadat eerst “homofiel” en later “homoseksueel” uit de mode raakte, volstond aanvankelijk “lgb” – de beginletters van lesbisch, gay en biseksueel (…). Toen vroegen transpersonen om erkenning en werd het “lgbt”. Weer later wilden queers meedoen, ofwel “personen met seksuele interesses en identiteiten die maatschappelijke normen voor seksueel gedrag uitdagen”. Daarna “personen met een interseksconditie”. Zo werd het “lgbtqi”. Waarna de aseksuelen lobbyden voor toevoeging van de letter A. Laatste nieuws: ook “lgbtqia” krijgt kritiek “vanwege de westerse oriëntatie, en vanwege het gebruik van concepten die verbonden zijn aan de imperialistische en koloniale geschiedenis. Daarom moet “2S” erbij, afkorting van Two Spirit, de overkoepelende term voor “inheemse, seksuele tradities die lange tijd miskend waren binnen het antropologisch onderzoek”. Lgbtqia2s verdient volgens de handleiding de voorkeur.’
Kleurenblindheid
Wat wil Drayer zelf? ‘Kleurenblindheid (…) zou het streven moeten zijn. Precies de houding die antiracisme-ideologen van nu zo hartstochtelijk beschimpen. (…) Zo’n kleurenblinde samenleving komt er alleen als wij elkaar leren beoordelen op individuele talenten, kwaliteiten en verdiensten. Want het tamboereren op groepskenmerken houdt de ongelijkheid alleen maar in stand.’ Waarvan akte!
(Deze recensie verscheen eerder op de website van Literair Nederland, 23 oktober 2019)