Bericht uit Hua Hin
Hua Hin is de oudste badplaats van Thailand. In 1923 liet koning Rama VII hier een buitenhuis bouwen en uit dezelfde tijd dateert het pittoreske treinstation en het weidse Railway Hotel. Midden door de stad dendert meermalen per dag luid toeterend een trein die mensen uit Bangkok aanvoert.
Vanwege de overstroming in hun eigen stad verkiezen de rijke Thai een tijdelijk verblijf in de Koninklijke badplaats. En masse brengen ze de dag aan zee door, de strandstoelen natuurlijk overdekt door een dak van parasols. Zon op je huid, daar word je bruin van, dat moet kostte wat kost vermeden worden. De 6000 7-Eleven winkels die Thailand telt en die je in Hua Hin ook in groten getale vindt, bevatten naast voedsel en drank ook allemaal een schap witmakers voor de huid.
's Avonds wordt de avondmarkt bezocht, waar talloze eetstalletjes gereed staan. De toeristen voeden zich met de onvolprezen Thaise curry's en de plaatselijke visvangst, Thaise families zitten feestelijk aan de steak-met-patates, een glaasje rode wijn erbij voor de culinaire toets.
Het buitenlands toerisme in Hua Hin betreft vooral bejaarde blanke mannen, valt me op. Veel van die oude knarren zie je trots hand in hand met hun pakweg 18-jarige Thaise dochter of kleindochter op pad gaan. Zij gekleed in een ondeugend gesneden minibroekje, hij - naar mijn oordeel nogal onbezonnen - in royale korte broek die laat zien dat hij 0-benen heeft die zij goddank niet erfde.
Waarom de moeder nooit meewandelt is geen vraag: Thai lopen niet, die nemen de tuk-tuk. Dochterlief doet het dus alleen om papa te plezieren, en dat levert roerende taferelen op. Vooral dat innige hand in hand lopen raakt me diep, dat zie je in Nederland dochters niet zo gauw doen met hun vader. Of schat ik hun relatie misschien toch verkeerd in?
Tolerantie op seksueel gebied is groot in Thailand. Zo zijn er diverse gradaties van man- of vrouw-zijn die hier probleemloos geaccepteerd worden: boeddhisme is een zachtaardige religie. Curieus is wel dat in de Thaise taal elke door een man uitgesproken zin moet eindigen met 'krap' terwijl vrouwen hun zinnen eindigen met 'ka'. Een cultuur die tolerant is ten opzichte van allerlei vormen van seksualiteit heeft een taal die de gebruikers dwingt voortdurend aan te geven tot welk geslacht zij behoren. Dat is pas pech hebben!
Hoe iemand die zich vrouw voelt in een mannenlichaam of omgekeerd dat oplost heb ik niet kunnen achterhalen, mijn Thais is daar onvoldoende voor.
Ik was in Hua Hin op 5 december, als in Nederland Sinterklaas gevierd wordt. Hier in Thailand is het dan Vaderdag. En vader is Bhumibol, de saxofoon spelende koning die in de jaren zestig Thailand op de wereldkaart zette met zijn koningin, de statige schoonheid Sirikit.
Hij verblijft al twee jaar in een ziekenhuis, maar laat zich bij gelegenheid van zijn 84ste verjaardag naar zijn paleis vervoeren om daar in een rolstoel de liefde van zijn volk in grote golven te ontvangen. Overal op straat hangt zijn portret en zo te zien is hij nooit ouder geworden dan veertig. Een aardiger bewijs van de genegenheid die zijn volk voor hem heeft is eigenlijk niet denkbaar.
Deze column verscheen in het tijdschrift East (2012-1).